Inspectie groeilicht-installatie
Groeilicht-installaties spelen een steeds belangrijkere rol. Telers belichten tegenwoordig regelmatig tot wel 20 uur per dag, terwijl dit in het verleden slechts een paar uur per dag gebeurde. Door de installatie goed te onderhouden, verkleint de teler het risico op brand en blijft de lichtopbrengst op peil. Regelmatig controleren van de belichtingsinstallatie is daarom essentieel. Met de rapportage van deze inspectie past de teler de bedrijfsvoering aan om maximaal rendement uit de installatie te halen, met hoge continuïteit en minimale kans op storingen.
Waarom laat u deze inspectie uitvoeren?
De inspectie geeft u een duidelijk beeld van de staat van uw installatie. Met deze inzichten kunt u:
- Pijnpunten in de installatie aanpakken en de kans op storingen en uitval minimaliseren.
- Prioriteiten stellen voor investeringen.
- Het lichtniveau van de groeilichtinstallatie op peil houden.
- Een onderhoudsplan voor de installatie opstellen.
- Aantonen dat u voldoet aan de polisvoorwaarden van uw verzekeraar.
Wat houdt de inspectie in?
Wij voeren de inspectie uit volgens Nederlandse en Europese normen en, indien gewenst, aanvullende eisen. De inspectie volgt in ieder geval deze normen:
- NEN3140 – Arboveiligheid omtrent de groeilicht installatie.
- NTA8220 – Brandveiligheid omtrent de groeilicht installatie.
We controleren de installatie volgens de richtlijnen uit de ‘Brochure Assimilatiebelichting controle en onderhoud’ van Interpolis.
Welke onderdelen inspecteren wij?
De inspectie omvat twee onderdelen: een visuele controle en het uitvoeren van metingen en beproevingen. Hierbij controleren wij alle onderdelen die behoren tot de groeilichtinstallatie.
Visuele inspectie
De visuele inspectie richt zich onder andere op de volgende punten:
- Of de noodzakelijke tekeningen aanwezig zijn en de juiste informatie vermeld is.
- Of de verschillende (installatie)delen eenduidig herkenbaar zijn.
- Of de eventueel aanwezige beschadigingen geen gevaar veroorzaken.
- Of het elektrisch materieel ten minste in overeenstemming is met de installatie eisen.
- Of de gangpaden bestemd voor bediening en onderhoud en de vluchtwegen voldoende ruim en goed toegankelijk zijn.
- Of de verbindingen van de zichtbare beschermingsleidingen in orde zijn.
- Of de juiste beveiligingstoestellen aanwezig zijn en juist zijn ingesteld.
- Of de veiligheidsketens in orde zijn.
- Of de aanwezige meetinstrumenten, signaallampen en dergelijke functioneren.
Metingen en beproevingen
De metingen en beproevingen controleren onder andere de volgende punten:
- De beschermingsleidingen en hun verbindingen.
- De circuitimpedantie van het stroomstelsel.
- De aardverspreidingsweerstand van aardelektroden.
- De isolatieweerstand van elk gedeelte van de installatie.
- De veilige scheiding van stroomketens.
- De goede werking van aardlekbeveiligingen.
- De goede werking van schakelende beveiligingstoestellen tegen overstroom.
- De goede werking van beveiligingstoestellen tegen te hoge temperatuur.
- De goede werking van de veiligheidsketens.
- De deugdelijkheid van de verbindingen.
- Vermogens analyse van de panelen en transformatoren.
Hoe vaak voert u een inspectie uit?
De inspectiefrequentie van uw groeilicht-installatie hangt af van de bedrijfsvoering, de polisvoorwaarden van uw verzekering en uw persoonlijke voorkeur. Neem contact met ons op voor advies hierover. Over het algemeen inspecteren we de hoofdverdelers en het transformatorstation elk jaar, terwijl de rest van de installatie eens in de drie jaar wordt gecontroleerd. We raden echter aan om jaarlijks een deel van de installatie te inspecteren. Zo houdt u een duidelijk overzicht van de installatie en spreidt u de kosten.
